Wat was het prachtig. De verliefdheid die liefde werd, hand in hand de toekomst in vol goede intenties. Als er kinderen zouden komen kregen zij alles wat mogelijk en voorhanden was: liefde, aandacht, steun. Het was een mooi begin.
En toen begon het familieleven. Er moest gewerkt worden, gebouwd aan het gezin. Brood op de plank en het liefst ook wat extra’s. Voor leuke dingen of een vakantie. De sport of een vereniging. Dan ook nog het gewone van alledag: luisteren, zorgen, troosten, plannen, ruzies sussen, koken, helpen met huiswerk.
Gaandeweg blijkt het een hele klus want-eerlijk is eerlijk- wat vragen ze veel aandacht. Naast dit drukke leven komen ook voorzichtig de onderlinge irritaties, maar ze worden weggepoetst. “Het hoort erbij”, “het valt wel mee”. Het werk, sport, de vereniging, het geeft voldoende afleiding. Voor echte gesprekken is geen tijd meer. Het gezin wordt gemanaged maar de relatie komt op de tweede plaats. De aandacht voor de kinderen werd een vorm van verslaving die afleidt van iets diepers, iets groters: de liefde van waaruit de kinderen voortkwamen en die echt heel veel onderhoud nodig heeft. Voor veel ouders is dit een hele moeilijke waarheid: de kinderen komen op de tweede plaats. De belangrijkste taak van ouders is niet het managen van het gezin maar het leiden en inspireren van het gezin. En de belangrijkste succesfactor voor een gezond, duurzaam en blij gezinsleven waarin de kinderen floreren is het gezin waar de ouders elkaar op de eerste plek zetten.
En daar zit je dan. Omdat het vastliep of dreigt vast te lopen. “Wanneer deden jullie voor het laatst iets samen?” Ik vraag het aan iedereen. 99% van de antwoorden overtuigt niet en diep van binnen weten partners dat zelf ook. Daar waar huwelijken en relaties-zeker die met jonge kinderen- eindigen ligt de wortel bij het overgrote deel bij deze paradox: de kinderen kwamen op de eerste plaats. Het geeft te denken, ook bij mij.
Blijf investeren in die liefde. Als kinderen dát zien dan leren ze over liefde die vertrouwen geeft. De liefde waar zij uit voortkwamen.